Update 30 % regeling

De Tweede Kamer heeft een aantal wijzigingen op het Belastingplan 2024 aangenomen. Twee van deze wijzigingen hebben betrekking op de verdere afbouw van de 30%-regeling, mits de Eerste Kamer ook instemt met deze wijzigingen. Daarnaast zijn er al een aantal wijzigingen in de 30%-regeling definitief vastgesteld.

In de bijgevoegde memo lichten we de geplande wijzigingen toe en zetten we ook de reeds aangenomen wijzigingen uiteen.

Tax interest news alert – October 2023

On Budget Day 2024, the State Secretaries of Finance informed the House of Representatives of the proposed changes to the interest rates on interest on underpaid tax (tax interest) and interest on overdue tax (collection interest).

The new proposed system for determining the tax interest rates will be implemented per 1 January 2024. The aim of the new system is to reduce the difference between the tax interest rates for corporate income tax (“CIT”) and conditional withholding taxes (“conditional WHT”), on the one hand, and tax interest rates for other tax resources (such as dividend withholding tax, VAT, wage tax, real estate transfer tax and personal income tax), on the other hand. The interest rates will henceforth be set once a year, based on the latest ECB interest rate published before 31 October of that year and take effect as of 1 January of the following year (i.e., for the first time on 1 January 2024).
Tax interest rate for CIT, conditional withholding tax and solidarity contribution

The tax interest rate is currently frozen at 8%. Under the proposed system, the tax rate for CIT, conditional WHT and solidarity contribution will be set at the ECB rate for main refinancing operations plus 5.5 percentage points, rounded to half percentage points and with a minimum of 5.5%. The expected rate as of 1 January 2024 is 10%.

Tax interest rate for other tax resources
The interest tax rate for other tax resources (including dividend withholding tax, VAT, wage tax, real estate transfer tax and individual income tax) will be set at the ECB rate for main refinancing operations plus 3 percentage points, rounded to half percentage points and with a minimum of 4.5%. The expected rate as of 1 January 2024 is 7.5%. The interest tax percentage increased from 4% to 6% as of 1 July 2023.

Tax interest on allowances

The intention is to loosen the link between the statutory interest rate for other tax resources and the interest rate for surcharges. As of 1 January 2024, the rate for surcharges will then be frozen at 4%.

Recovery interest system
Recovery or collection interest (interest on overdue tax) for all tax resources and allowances will be frozen at 4% as of 1 January 2024. This has been chosen for the time being for implementation reasons. It is still being considered how collection interest can also be redesigned – by a subsequent Cabinet.
Taxand’s take
The final tax interest rates will not be known until the European Central Bank re-sets the ECB interest rate on 31 October 2023. However, it is expected that the tax interest rates will rise significantly and a small amount of additional income has been budgeted. Therefore, we would like to stress the importance of timely filing a (preliminary) tax return or otherwise requesting for a(n) (preliminary) assessment in order to minimize tax interest. Please contact your trusted Taxand Netherlands advisor for assistance or advise.
***

Taxand Real Estate Webinar: Tax Insurance in Real Estate Structures

We are delighted to invite you to join our next Real Estate Webinar on Thursday 6 July at 16:00 CET.

We are delighted to be joined by a panel of expert speakers, who together will discuss case studies of real estate fund structures where tax insurance can be used to add value by delivering certainty on tax positions. As always, we will welcome your questions throughout the event.

Our expert panel will include:

Tom Pygall, Acquinex
Egbert van der Graaff, AIG
Jakub (Kuba) Grabarz, Howden Group M&A
Thomas FrøbertBech-Bruun, Taxand Denmark
Christina Leomy-VoigtATOZ Tax Advisers Luxembourg,Taxand Luxembourg
Evert-Jan (EJ) Spoelder LLMTaxand Netherlands
Kersten MullerAlvarez & Marsal LLP, Taxand UK

Register today via the link  Real Estate Webinar Invitation – Tax Insurance in Real Estate Tax Structures to secure your place! We look forward to seeing you there.

Hoge Raad verduidelijkt wanneer transformatie fiscaal tot nieuwbouw leidt

Leidt een transformatieproject fiscaal tot nieuwbouw of blijft het gebouw ‘oud’? Deze vraag houdt de fiscale vastgoedpraktijk al jaren bezig. Het maakt voor vastgoedondernemers namelijk nogal een verschil: de verkoop van nieuwbouw is belast met btw (21%), terwijl de verkoop van een oud gebouw belast is met overdrachtsbelasting (vanaf 2023: 2% – 10,4%).

In 2010 heeft de Hoge Raad de term ‘in wezen nieuwbouw’ geïntroduceerd voor transformaties die zo ingrijpend zijn dat een ‘oud’ gebouw fiscaal wederom als een nieuwe onroerende zaak moet worden gezien. Om te beoordelen of sprake is van in wezen nieuwbouw, werd gekeken naar wijzigingen in het uiterlijk, de functie, de bouwkundige constructie en de hoogte van de verbouwingskosten. In de praktijk bleken deze criteria moeilijk te hanteren, waardoor zowel belastinginspecteurs als rechters het begrip zeer wisselend uitlegden. Waar in het ene geval het uiterlijk van de verbouwing de doorslag gaf, kon dit in een ander geval de functiewijziging zijn. De praktijk had daarom behoefte aan een beter te hanteren begrip. De Hoge Raad heeft hier op 4 november 2022 in voorzien.

Hoge Raad, 4 november 2022
In een zaak over de transformatie van een kantoorgebouw tot hotel heeft de Rechtbank Zeeland-West Brabant de Hoge Raad gevraagd om invulling te geven aan het begrip ‘in wezen nieuwbouw’.

De Hoge Raad geeft aan dat alleen sprake is van in wezen nieuwbouw als het resultaat van de verbouwing op één lijn kan worden gesteld met een nieuw gebouw. Daarvan kan volgens de Hoge Raad alleen sprake zijn als er wijzigingen in de bouwkundige constructie hebben plaatsgevonden of als de bouwkundige constructie (deels) is vervangen. Daarbij geeft de Hoge Raad aan ‘een verbouwing zal niet snel zó ingrijpend zijn dat daardoor in wezen een vervaardigd gebouw [..] ontstaat.’ Wij maken daaruit op dat zelfs als er wijzigingen van de bouwkundige constructie hebben plaatsgevonden, dit nog niet altijd tot in wezen nieuwbouw leidt. De wijzigingen moeten namelijk ook nog zo ingrijpend zijn dat deze op één lijn kunnen worden gesteld met nieuwbouw.

De tot nu toe gehanteerde criteria (wijzigingen in het uiterlijk, de functie etc.) zijn volgens de Hoge Raad niet meer dan aanwijzingen dat een verbouwing in bouwkundig opzicht ingrijpend is geweest. Op zichzelf zijn deze criteria echter niet doorslaggevend noch noodzakelijk.

Belang voor de praktijk
Uit het antwoord van de Hoge Raad maken wij op dat een gebouw dat er nog grotendeels hetzelfde uitziet maar waarvan de bouwkundige constructie ingrijpend is gewijzigd, als nieuwbouw kan kwalificeren. Terwijl een gebouw dat er compleet anders uitziet maar waarvan de bouwkundige constructie niet is aangepast (of vervangen) fiscaal ‘oud’ blijft.

Voor vastgoedondernemers die zich met woningen bezighouden is het antwoord van de Hoge Raad goed nieuws. Door de uitleg van de Hoge Raad zal een transformatie minder snel tot nieuwbouw leiden, waardoor vaker in de overdrachtsbelasting kan worden verkocht. Dit biedt ook meer ruimte om bij de transformatie van een kantoorgebouw naar woningen, voorafgaand aan de levering al voorbereidende werkzaamheden te laten verrichten. Het risico dat daarmee de levering in de btw wordt getrokken is verkleind, terwijl het verrichten van dergelijke werkzaamheden leveren met 2% overdrachtsbelasting mogelijk kunnen maken.

Voor ondernemers in de markt voor zakelijk vastgoed is het nieuws helaas minder positief. Zij hebben er doorgaans baat bij als projecten als nieuwbouw kwalificeren, omdat dan ‘in de btw’ kan worden verkocht. De transactie is dan vrijgesteld van overdrachtsbelasting, terwijl de koper de btw doorgaans kan aftrekken. Dit zal nu bij minder projecten mogelijk zijn. Aan de andere kant biedt het antwoord van de Hoge Raad ook voor deze groep ondernemers een voordeel. Het is nu duidelijker wat men moet doen om toch tot nieuwbouw te komen: ingrijpende aanpassingen aan de bouwkundige constructie dus.

Newsflash: Radical change to the tax treatment of W&I insurance? NLTA’s internal policy made public.

Based on NLTA’s internal policy, W&I insurance premiums should not be tax deductible while payments under the W&I insurance should be tax exempt.

This view is at odds with the prevailing doctrine in Dutch tax literature. Karel Pellemans and Maud Kallen elaborate on the NLTA’s policy and discuss practical considerations for Dutch taxpayers.

To read the Newsflash click here.

Newsflash: Sustainable Investing

Investeerders, zoals private equity en impact fondsen, richten zich bij transacties en in het portfoliobeheer steeds vaker of uitsluitend op duurzame investeringen, waardecreatie is daarbij een belangrijke overweging. Positieve ESG-prestaties stuwen de waarde van bedrijven. Dit komt mede door de mogelijkheid tot subsidies en overheidssteun.

Nederland kent diverse fiscale stimuleringsregelingen die interessant zijn voor portfoliobedrijven met duurzame activiteiten. Maud Kallen en Pjotr Prins vertellen er meer over in deze newsflash.